Huis voor Klokkenluiders: Ook sanctiebevoegdheid op schending identiteit melder

Voor de bescherming van melders van misstanden kan het heel belangrijk zijn dat hun identiteit verborgen wordt gehouden. In de Wet bescherming klokkenluiders (Wbk) is een geheimhoudingsverplichting opgenomen. Daar is nog geen sanctiebepaling aan verbonden, hoewel de Europese richtlijn dat wel voorschrijft. Het Huis voor Klokkenluiders zou daarom werkgevers moeten kunnen beboeten, wanneer zij de identiteit van een melder niet geheim houden.

De Wbk is er om mensen, die in het algemeen belang hun vinger op steken wanneer zij een misstand vermoeden, te beschermen. Het schenden van geheimhouding kan een strafbaar feit zijn. Maar dat een melder, van wie de identiteit ten onrechte is prijsgegeven, zelf eventueel aangifte moet doen, is volgens het Huis voor Klokkenluiders principieel onjuist. Daarom moet, als het nodig is, namens de samenleving voor die mensen worden opgekomen.

Dinsdag 21 januari stemt de Tweede Kamer over zeven moties, die betrekking hebben op (uitwerking van) de Wbk, met bijbehorende taken en rollen voor het Huis. Eén van de moties heeft betrekking op de identiteitsbescherming van klokkenluiders, door het Huis daarop sanctiebevoegdheid te geven. Eerder kreeg het Huis al sanctiebevoegdheid richting werkgevers, wanneer zij geen meldregeling hebben of werknemers benadelen na het doen van een melding. Benadeling gebeurt bijvoorbeeld door pestgedrag, overplaatsing of ontslag. Tegen je zin worden onthuld als klokkenluider kan minstens zo ingrijpend zijn.