Het Huis voor Klokkenluiders in internationaal perspectief
In 2018 heeft het Huis voor Klokkenluiders vergelijkend onderzoek laten doen naar klokkenluidersvoorzieningen in Nederland en de voorzieningen voor klokkenluiders in een aantal andere landen. Hierbij is de situatie in elf landen onderzocht, die lid zijn van de Raad van Europa of van de G20. Ook Israël is meegenomen in het onderzoek, omdat de voorzieningen in dit land veel gelijkenissen vertonen met de situatie in Nederland. Het onderzoek is uitgevoerd door de Utrecht University School of Governance en de University of Greenwich.
Combinatie van voorzieningen
Uit het onderzoek komt onder meer naar voren dat het merendeel van de onderzochte landen aparte wetgeving voor verschillende sectoren hanteert. Ook is er vaak sprake van een versnipperd aanbod aan voorzieningen. De situatie in Nederland onderscheidt zich daarin, dat diverse klokkenluidersvoorzieningen onder één dak zijn ondergebracht in een door de overheid gefinancierd zelfstandig bestuursorgaan, die zich bovendien richt op klokkenluiderssituaties in alle sectoren. Het Huis voor Klokkenluiders combineert de adviestaak met het verrichten van onderzoek en preventie.
Wetgeving kan duidelijker
De onderzoekers wijzen ook op een aantal verbeterpunten in de wet Huis voor klokkenluiders. In de Nederlandse wet is het bijvoorbeeld, anders dan in een aantal andere landen, onduidelijk tegen welke vormen van benadeling de klokkenluider precies beschermd is. Ook kent de Nederlandse wet geen eenduidige definitie van het begrip ‘maatschappelijk belang’ en biedt de wet geen mogelijkheid tot omkering van de bewijslast. Bij omkering van de bewijslast zou de werkgever moeten aantonen dat eventuele benadeling van de klokkenluider geen gevolg was van het melden van de misstand. In een aantal andere landen zijn benadelingsvormen en de omkering van de bewijslast wel in de wet opgenomen.
Tot slot biedt de Nederlandse klokkenluiderswet, eveneens anders dan in een aantal andere landen, geen mogelijkheid tot het doen van ambtshalve onderzoek en zijn er ook geen voorzieningen getroffen voor financiële compensatie voor de klokkenluider.