Vijf moties aangenomen in klokkenluidersdossier
De Tweede Kamer heeft vandaag vijf van de zeven moties, die betrekking hebben op de (uitwerking van de) Wet bescherming klokkenluiders, aangenomen.
Kort samengevat betekenen de moties, dat:
1) de regering gaat onderzoeken wat ervoor nodig is om klokkenluiders, die werkzaam zijn bij inlichtingen- en veiligheidsdiensten, i.h.k.v. anonimiteit en veiligheid beter te kunnen beschermen en dit betrekken bij het wetsvoorstel aanpassing Wbk;
2) de regering in beeld brengt welke constateringen of oordelen van de verschillende autoriteiten voldoende grondslag bieden om overtreders nu al te sanctioneren, en de Kamer hierover voor de zomer te informeren;
3) een systeem van nummerherkenning bij het Huis wordt ingevoerd, zoals geregeld is voor advocaten, zodat klokkenluiders die een misstand melden niet kunnen worden afgeluisterd en zich vrij kunnen en durven te melden;
4) de onderdelen van het amendement-Leijten, die de juridische toets gehaald hebben, al in werking treden. Concreet betekent dit dat het Huis zal gaan sanctioneren wanneer werkgevers geen meldregeling hebben of medewerkers benadelen nadat zij een melding van een misstand hebben gedaan (denk aan pesten, overplaatsing of ontslag);
5) het Huis sancties mag opleggen wanneer werkgevers de identiteit van melders niet waarborgen.
De motie ‘niet bezuinigingen op het Huis voor Klokkenluiders’ is verworpen.
De motie ‘wettelijk borgen dat het Huis de centrale autoriteit wordt binnen het stelsel van bevoegde autoriteiten, aangewezen in de Wbk’ is aangehouden.